Algemeen
Massaal zwartrijden door asielzoekers in Ter Apel en meesten betalen boetes niet’

TER APEL – Op de treinroute van en naar het asielzoekerscentrum in Ter Apel wordt op grote schaal zwartgereden. Slechts 8 procent van de uitgeschreven boetes wordt daadwerkelijk betaald, zo bevestigt vervoerder Arriva aan De Telegraaf na vragen van de krant. De problematiek speelt al langer op de Vechtdallijn tussen Zwolle en Emmen, een traject waar met name ‘veiligelanders’ – uitgeprocedeerde asielzoekers – vaak zonder geldig vervoersbewijs reizen.
Grote problemen op de Vechtdallijn
Het treintraject Zwolle-Emmen, dat in de buurt van het asielzoekerscentrum in Ter Apel ligt, kampt met hardnekkige problemen door het massale zwartrijden. Conducteurs en buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) signaleren dagelijks reizigers die zonder geldig vervoersbewijs instappen. Hoewel er boetes worden uitgedeeld, blijkt dat het innen van deze sancties nauwelijks effect heeft.
“Boa’s kunnen voor zwartrijden een ‘uitstel van betaling’ uitschrijven, maar in de praktijk wordt slechts een fractie van de boetes daadwerkelijk betaald. In het geval van de Vechtdallijn ligt dat percentage op een schamele 8 procent,” aldus een woordvoerder van Arriva.

TER APEL – Asielzoekers bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) moet binnenkort voldoen aan de uitspraak van de rechter over het maximumaantal asielzoekers in Ter Apel. ANP VINCENT JANNINK
Onbetaalde boetes en administratieve rompslomp
Veel van de boetes worden uitgeschreven op het adres van het asielzoekerscentrum in Ter Apel, maar een aanzienlijk deel van de post blijft ongeopend en wordt ongebruikt retour gestuurd. “Vervoerders ontvangen de boetes ongeopend weer terug,” verklaart vakbond FNV Spoor. Dit betekent dat overtreders nauwelijks worden geconfronteerd met de gevolgen van hun gedrag, wat de situatie verergert.
“We zien dat zwartrijden door sommige groepen als normaal wordt beschouwd, omdat ze weten dat ze de boete toch niet hoeven te betalen,” stelt een medewerker van Arriva. “Dit tast niet alleen het gevoel van rechtvaardigheid aan, maar zorgt ook voor toenemende frustratie bij onze medewerkers en betalende reizigers.”
Oproep tot strengere maatregelen
Vervoerder Arriva en vakbond FNV Spoor roepen op tot strengere maatregelen om het probleem structureel aan te pakken en de veiligheid in de treinen te vergroten. Een van de belangrijkste voorstellen is het invoeren van een verplichte ID-check door boa’s. Op dit moment kunnen veel reizigers zonder ID-controle een boete ontvangen en vervolgens weigeren te betalen. Door een identificatieplicht in te voeren, hopen de vervoerders dat zwartrijders beter kunnen worden geregistreerd en aangepakt.
Daarnaast pleiten Arriva en FNV Spoor voor een regionaal reisverbod voor notoire overtreders. “Er zijn mensen die keer op keer zonder kaartje instappen en simpelweg weigeren de regels te respecteren. Door een regionaal reisverbod in te stellen voor deze personen, kunnen we misbruik van het openbaar vervoer tegengaan,” aldus een woordvoerder van FNV Spoor.
Politieke druk neemt toe
De situatie in Ter Apel is inmiddels ook in Den Haag onderwerp van discussie. VVD-Kamerlid Queeny Rajkowski noemt de gang van zaken “idioot” en eist harde maatregelen. “Het kan niet zo zijn dat een groep mensen structureel misbruik maakt van het openbaar vervoer en daar geen enkele consequentie voor ondervindt. Dit moet stoppen.”
Rajkowski pleit voor strengere handhaving en roept de politiek op om snel in te grijpen. “Als een boetesysteem niet werkt, dan moeten we naar alternatieve maatregelen kijken. Het kan niet zo zijn dat de belastingbetaler opdraait voor deze misstanden.”
Gevolgen voor treinpersoneel en reizigers
Het probleem heeft niet alleen financiële consequenties voor Arriva, maar ook gevolgen voor de veiligheid en het welzijn van treinpersoneel en andere reizigers. Conducteurs en boa’s krijgen steeds vaker te maken met agressie en intimidatie wanneer zij zwartrijders aanspreken op hun gedrag.
Een medewerker van Arriva vertelt: “Er zijn situaties waarin onze collega’s worden uitgescholden of bedreigd wanneer ze iemand zonder kaartje controleren. Dit zorgt voor een onveilige werkomgeving en maakt het werk van onze mensen een stuk zwaarder.”
Ook reguliere treinreizigers ervaren overlast door de situatie. “Soms voel ik me onveilig in de trein, vooral ’s avonds,” zegt een forens die dagelijks tussen Zwolle en Emmen reist. “Ik heb meerdere keren gezien dat groepen zwartrijders zich luidruchtig en intimiderend gedragen. Het zou goed zijn als er strengere controle komt.”
Hoe nu verder?
Ondanks de roep om actie laat Arriva weten dat de verantwoordelijkheid voor structurele oplossingen niet alleen bij de vervoerders ligt, maar ook bij de politiek. “Wij wachten op invoering van maatregelen door de politiek,” stelt het bedrijf. Tot die tijd blijven de problemen aanhouden en blijft het merendeel van de boetes onbetaald.
Vakbond FNV Spoor benadrukt dat snelle actie nodig is om verdere escalatie te voorkomen. “Als we nu geen harde maatregelen nemen, blijft dit probleem zich voortslepen. We moeten zorgen voor een veilig en eerlijk openbaar vervoer voor iedereen.”
Met de politieke druk die steeds verder toeneemt, lijkt het slechts een kwestie van tijd voordat er strengere maatregelen worden getroffen. Tot die tijd blijft het zwartrijden op de treinroute naar Ter Apel een hardnekkig probleem waar treinpersoneel en reizigers dagelijks mee worden geconfronteerd.

Algemeen
Zedenzaken en onveiligheidsgevoel in Nederland nemen toe: dit zegt het over onze samenleving

De afgelopen weken zijn meerdere zedenzaken en geweldsincidenten in het nieuws gekomen. Van de ernstige zedenzaak in Zeist tot de tragische dood van Lisa (17) in Duivendrecht: deze gebeurtenissen roepen veel vragen op over veiligheid in de openbare ruimte en het functioneren van de rechtsstaat. Burgers, organisaties en politiek spreken hun zorgen uit en benadrukken het belang van een bredere maatschappelijke aanpak.
Het gaat niet alleen om de individuele zaken, maar vooral om de signalen die ze afgeven: het gevoel van veiligheid in de samenleving staat onder druk.
Stijgend aantal meldingen en aangiften
Uit recente cijfers blijkt dat het aantal aangiften van seksuele misdrijven in Nederland toeneemt. In 2024 steeg het aantal officiële aangiften met meer dan tien procent ten opzichte van een jaar eerder. Dit lijkt mede het gevolg van de invoering van de nieuwe Wet Seksuele Misdrijven, die sinds juli 2024 van kracht is. Deze wet stelt duidelijker dat seksuele handelingen zonder instemming strafbaar zijn en maakt het eenvoudiger om melding te doen.
Hoewel deze stap als positief wordt gezien, vergroot het tegelijkertijd de zichtbaarheid van problemen die al langer spelen. Het aantal meldingen toont dat slachtoffers vaker de stap durven zetten, maar benadrukt ook de omvang van de uitdagingen.
Het tragische verhaal van Lisa
De dood van Lisa (17) uit Abcoude heeft diepe indruk gemaakt. Zij werd woensdagnacht in Duivendrecht levenloos aangetroffen. De politie vermoedt dat zij slachtoffer is geworden van een misdrijf. De zaak is extra aangrijpend omdat in dezelfde omgeving eerder meldingen zijn gedaan van verdachte situaties, zoals vrouwen die zich gevolgd voelden.
Het onderzoek naar mogelijke verbanden tussen deze meldingen en de dood van Lisa loopt nog, maar de gebeurtenissen voeden het maatschappelijke debat. Veel mensen vragen zich af of signalen eerder opgepakt hadden kunnen worden en of er genoeg middelen zijn om herhaling te voorkomen.
Zedenzaken in Zeist en elders
Ook in Zeist speelt een groot onderzoek naar een verdachte die betrokken zou zijn bij een zedenincident in het bos bij de Prinses Mariannelaan. De politie verspreidde beelden en kreeg tientallen tips. Zulke zaken laten zien hoe belangrijk samenwerking tussen burgers en politie is bij de opsporing.
Daarnaast waren er de afgelopen weken incidenten in onder meer Rotterdam en Meppel, waar verdachten zijn aangehouden in zaken rond misbruik van minderjarigen. Elk van deze zaken benadrukt dat het probleem zich niet beperkt tot één regio, maar landelijk speelt.
Het maatschappelijk belang van snelle opsporing
Snelle opsporing en duidelijk optreden van politie en justitie zijn van groot belang voor het vertrouwen in de rechtsstaat. Elke dag die verstrijkt zonder dat een verdachte wordt aangehouden, vergroot de onzekerheid in de samenleving. Vooral slachtoffers en hun families ervaren daardoor extra spanning.
Daarnaast heeft het een bredere maatschappelijke functie: zichtbaar daadkrachtig optreden kan preventief werken en het gevoel van veiligheid vergroten. Wanneer de maatschappij ervaart dat ernstige zaken snel en zorgvuldig worden aangepakt, groeit de bereidheid om meldingen te doen en mee te werken aan onderzoeken.
Veranderende rol van de samenleving
De recente zaken hebben ook geleid tot meer betrokkenheid van burgers. Familieleden, vrienden en buurtbewoners nemen soms zelf initiatief, zoals in het geval van de vermiste Kianna in Bunde, waarbij familieleden zelfs een opvanglocatie binnengingen. Hoewel deze acties vaak voortkomen uit wanhoop, laten ze zien dat mensen soms twijfelen of het systeem snel genoeg werkt.
Organisaties en belangenverenigingen pleiten daarom voor betere samenwerking, meer transparantie en meer middelen voor politie en hulpverlening.
Dit bericht op Instagram bekijken
Breder maatschappelijk debat
De opeenstapeling van incidenten zorgt voor een groeiend debat over hoe we in Nederland omgaan met veiligheid, preventie en bescherming van kwetsbare groepen. Naast politie en justitie spelen ook scholen, zorginstellingen en maatschappelijke organisaties een rol. Zij kunnen helpen om signalen vroegtijdig op te vangen en slachtoffers sneller te ondersteunen.
Ook de politiek wordt nadrukkelijk aangesproken. Er klinkt steeds vaker de roep om meer investeringen in preventie, betere opvang en uitbreiding van recherchecapaciteit.
Conclusie
De recente zedenzaken en de dood van Lisa in Duivendrecht maken duidelijk dat veiligheid en bescherming van burgers hoog op de agenda moeten blijven staan. Ze laten zien dat incidenten diepe maatschappelijke impact hebben, maar ook dat er bereidheid is om samen te zoeken naar oplossingen.
De invoering van de nieuwe wetgeving, de toegenomen meldingsbereidheid en de maatschappelijke betrokkenheid zijn belangrijke stappen vooruit. Toch blijft er werk aan de winkel: het vertrouwen in veiligheid kan alleen groeien als signalen snel en serieus worden opgepakt en als slachtoffers weten dat ze niet alleen staan.