Voor wie op zoek is naar de goedkoopste boodschappen, is het slim om een bezoek te brengen aan Aldi. Dat blijkt uit de nieuwste editie van Kassa’s Boodschappenmandje, een prijspeiling van consumentenprogramma Kassa van BNNVARA. Uit de steekproef onder de zes grootste supermarkten van Nederland blijkt dat klanten bij Albert Heijn dit jaar het duurst uit zijn voor hun dagelijkse boodschappen.

Hoe is de test uitgevoerd?

Kassa hanteerde een steekproefmethode waarbij in iedere supermarkt de goedkoopste variant van 37 veelvoorkomende producten werd aangeschaft. Dit omvatte basisproducten zoals thee, aardappelen, sinaasappels en wasmiddel. De zes onderzochte supermarkten waren Albert Heijn, Jumbo, Plus, Lidl, Aldi en Dirk.

Grote prijsverschillen tussen supermarkten

De prijsverschillen tussen de supermarkten blijken aanzienlijk te zijn. Dit jaar rekende Kassa voor het boodschappenmandje bij Albert Heijn maar liefst 74,45 euro af, terwijl klanten bij Aldi voor dezelfde producten slechts 63,68 euro kwijt waren. Ook Dirk en Lidl scoren goed en liggen met respectievelijk 64,05 euro en 64,39 euro in de buurt van Aldi. Daarmee zijn zij aanzienlijk goedkoper dan Jumbo (69,82 euro) en Plus (70,31 euro).

Opvallend is dat de uitkomst van de peiling sterk verschilt van die van 2023. Toen werd Aldi juist als een van de duurdere supermarkten aangemerkt, met een prijsstijging van zo’n 12% ten opzichte van het jaar ervoor. Dit jaar heeft Aldi echter zijn prijzen weer weten te verlagen, waardoor het opnieuw de goedkoopste optie is voor consumenten die willen besparen op hun dagelijkse boodschappen.

Prijsdalingen en -stijgingen in 2025

Hoewel sommige prijzen zijn gedaald, zijn andere juist fors gestegen. Vorig jaar gingen onder andere zuivelproducten zoals melk, boter en kaas flink in prijs omhoog. Dit werd destijds grotendeels toegeschreven aan de stikstofproblematiek in de agrarische sector. In 2025 zijn deze prijzen weer lager geworden, mede dankzij een stabielere productie en betere oogsten.

Tegelijkertijd zijn andere producten juist duurder geworden. Chocolade bijvoorbeeld is gemiddeld 42% duurder dan in 2023. Dit is te wijten aan mislukte cacaoteelten in Ghana en Ivoorkust, die zwaar getroffen zijn door extreme weersomstandigheden en plantenziekten. Hierdoor zijn de productie en export van cacao sterk afgenomen, wat heeft geleid tot hogere prijzen voor eindproducten zoals chocoladerepen en cacaopoeder.

Suiker is daarentegen juist weer goedkoper geworden, doordat de oogsten wereldwijd verbeterd zijn. Dit heeft ervoor gezorgd dat de prijzen van veel producten met suiker, zoals frisdranken en koekjes, iets zijn gedaald.

Supermarkten niet blij met de test

Hoewel Kassa de test jaarlijks uitvoert en de resultaten openbaar maakt, is niet elke supermarkt blij met de uitkomst. Verschillende ketens hebben kritiek geuit op de methode die Kassa hanteert. Volgens hen is het onderzoek niet representatief en wordt er geen rekening gehouden met kwaliteitsverschillen tussen producten.

Een woordvoerder van een van de duurdere supermarkten stelt: “Het vergelijken van producten op puur prijsniveau geeft een vertekend beeld. Sommige producten in ons assortiment zijn van een hogere kwaliteit dan de goedkoopste varianten bij discountsupermarkten. Dat wordt in deze test niet meegenomen.”

Toch blijft Kassa achter de methode staan. Ze geven aan dat de supermarkten voor publicatie inzicht hebben gekregen in de genoteerde prijzen en dat waar nodig correcties zijn doorgevoerd. Ook benadrukken ze dat de test bedoeld is om consumenten een zo eerlijk mogelijk beeld te geven van de prijzen per supermarkt, zonder kwaliteitsaspecten mee te wegen.

Waarom zijn sommige supermarkten duurder?

De prijsverschillen tussen de supermarkten hebben te maken met verschillende factoren, zoals inkoopvoordelen, huismerkstrategieën en marketingkosten. Discountsupermarkten zoals Aldi en Lidl kunnen producten vaak goedkoper aanbieden doordat ze minder uitgeven aan reclames en een kleiner assortiment hebben. Daarnaast werken ze veel met eigen huismerken in plaats van bekende A-merken, waardoor de prijzen laag blijven.

Supermarkten als Albert Heijn en Plus richten zich meer op service en een breed assortiment, wat hogere kosten met zich meebrengt. Hierdoor zijn de producten bij deze ketens vaak duurder dan bij de prijsvechters.

Wat betekent dit voor consumenten?

De uitkomsten van Kassa’s Boodschappenmandje laten zien dat het loont om prijzen te vergelijken voordat je boodschappen doet. Voor huishoudens die willen besparen, kan het slim zijn om vaker naar Aldi, Lidl of Dirk te gaan. Toch blijft het belangrijk om niet alleen naar de prijs, maar ook naar de kwaliteit van producten te kijken.

Voor consumenten die graag A-merken kopen of waarde hechten aan extra service, kan een duurdere supermarkt alsnog de voorkeur hebben. Maar voor wie puur op prijs let, blijft Aldi voorlopig de beste keuze voor de goedkoopste boodschappen.

Conclusie

Kassa’s Boodschappenmandje laat opnieuw zien dat er grote prijsverschillen zijn tussen supermarkten. Dit jaar blijkt Aldi de goedkoopste optie, terwijl Albert Heijn de hoogste prijzen rekent. Ondanks kritiek van sommige supermarkten blijft het onderzoek waardevol voor consumenten die willen besparen op hun boodschappen. Of Aldi deze positie ook in de toekomst weet vast te houden, zal afhangen van de ontwikkelingen in de markt en eventuele prijsstijgingen of -dalingen. Eén ding is zeker: voor de goedkoopste boodschappen kun je voorlopig het best naar Aldi.