Algemeen
Jan Kooijman blikt terug: ‘Als soaphunk was ik een lijf in een handdoek – nu vind ik dat verschrikkelijk’

Jan Kooijman, die ooit als een van de meest gewilde mannen van Nederland werd beschouwd, kijkt met gemengde gevoelens terug op zijn beginjaren als acteur in Goede Tijden Slechte Tijden (GTST). Destijds was hij niet alleen een publiekslieveling, maar vooral een symbool van mannelijkheid en aantrekkelijkheid. In een openhartig interview met LINDA. onthult hij dat deze roem en aandacht hem uiteindelijk meer kwaad dan goed hebben gedaan.
De start van zijn roem
In de vroege dagen van zijn carrière leek alles vlekkeloos te verlopen voor Jan. Zijn tijd als professioneel danser bij het Scapino Ballet leverde hem al enige bekendheid op. “Ik merkte dat jonge meiden in het publiek harder begonnen te gillen als ik op het podium stond en mijn buiging maakte,” vertelt hij. Het was een eerste voorproefje van de aandacht die hij later zou ontvangen.
Toen de kans kwam om in GTST te spelen, besloot Jan de sprong te wagen. Hij kreeg al snel de rol van de charmante hunk die steevast zonder shirt en vaak enkel gehuld in een handdoek te zien was. Zijn bekendheid schoot door het dak. “In het begin vond ik het ontzettend leuk. Ik bedoel, wie droomt er nou niet van om op zo’n podium te staan en bewonderd te worden?” herinnert hij zich.
Maar het plezier hield niet lang aan. “Ik werd gereduceerd tot een lijf in een handdoek. Mijn rol draaide niet om acteren, maar om hoe ik eruitzag. Dat vond ik op een gegeven moment heel moeilijk.”
Een monster gecreëerd
Jan geeft toe dat hij deels zelf heeft bijgedragen aan het beeld dat mensen van hem kregen. “Ik zei tegen mijn vriendin Henna: misschien moet ik toch iets gaan doen met die aandacht die ik krijg. En toen kwam GTST, waar ik letterlijk de trap afliep in een handdoek, fronsend naar de camera keek, en dat was het. Ik werd volledig op mijn uiterlijk beoordeeld.”
Die ervaring begon hem al snel tegen te staan. “Het leek me als kind geweldig om beroemd te worden, maar toen het eenmaal gebeurde, vond ik het na drie weken al niet meer leuk. Ik dacht alleen maar: oh god, you created a monster.”
De impact van roem
Met zijn rol in GTST en later zijn deelname aan So You Think You Can Dance, dat een enorme hit werd in zowel Nederland als België, groeide Jans populariteit explosief. Hij werd een van de meest herkenbare gezichten van het land, maar dat had ook een keerzijde.
“Ik werd achtervolgd op de snelweg en er stonden soms fans voor mijn raam,” deelt hij. “Het was niet meer normaal. Ik voelde me gevangen in mijn eigen leven en ben bijna twee jaar de deur niet uitgegaan. Ik dacht: als ik naar buiten ga, kan ik nergens normaal lopen zonder herkend te worden.”
Pas na de geboorte van zijn kind besloot Jan dat hij een manier moest vinden om met de situatie om te gaan. “Ik realiseerde me dat ik niet eeuwig binnen kon blijven zitten. Mijn kind verdiende het om een vader te hebben die zijn leven leidt, niet iemand die zich verstopt.”
Het leven nu
Inmiddels heeft Jan zijn draai gevonden en voelt hij zich niet langer opgesloten door zijn roem. “Dit is wel lang geleden, hoor. Er zijn inmiddels gelukkig nieuwe hunks opgestaan,” zegt hij met een glimlach. Hij doelt op de jongere generatie acteurs en tv-persoonlijkheden die nu de harten van het publiek veroveren.
Jan is blij dat die tijd van zijn leven achter hem ligt. Hij heeft zichzelf opnieuw uitgevonden, is gegroeid als persoon en heeft zijn carrière een andere richting gegeven. “Ik ben nu veel meer gefocust op mijn inhoud en minder op mijn uiterlijk. Het is bevrijdend om niet meer dat oppervlakkige beeld te hoeven dragen.”
Een waarschuwing voor anderen
Met zijn verhaal wil Jan anderen bewust maken van de keerzijde van beroemdheid. “Het lijkt misschien allemaal fantastisch, maar de druk om er constant perfect uit te zien en om aan de verwachtingen van het publiek te voldoen, kan ontzettend zwaar zijn,” zegt hij.
Hij benadrukt dat het belangrijk is om jezelf trouw te blijven en niet mee te gaan in wat anderen van je willen zien. “Als ik één ding heb geleerd, is het dat je jezelf niet moet verliezen in de roem. Uiteindelijk gaat het erom wie je bent, niet hoe je eruitziet.”
Nieuwe kansen
Jan kijkt uit naar de toekomst en is vastbesloten om zijn carrière voort te zetten op een manier die hem gelukkig maakt. Hij blijft actief in de entertainmentindustrie, maar op zijn eigen voorwaarden. “Ik heb geleerd wat echt belangrijk is in het leven en ik ben dankbaar dat ik dat inzicht nu heb,” besluit hij.
Het verhaal van Jan Kooijman is een herinnering aan de complexiteit van roem en de invloed die het kan hebben op iemands persoonlijke leven. Maar het laat ook zien dat het mogelijk is om jezelf opnieuw uit te vinden en te groeien, zelfs na moeilijke tijden.

Algemeen
Mijn ouders zeggen dat ze “te groot” voor me is—maar ze weten niet wat ik nu ga doen

De eerste ontmoeting met mijn ouders: over liefde, oordeel en het vinden van je eigen stem
Afgelopen zondag stond in het teken van een mijlpaal die voor veel stellen herkenbaar is: het moment waarop ik mijn verloofde, Mallory, voor het eerst meenam naar mijn ouders. Een ontmoeting waar je naar uitkijkt, maar waar je ook een beetje zenuwachtig voor bent. Niet omdat ik twijfelde aan mijn relatie, integendeel. Maar wel omdat ik wist hoe sterk mijn ouders vasthouden aan hun eigen opvattingen over wat ‘past’, vooral als het gaat om relaties.
Ik wilde hen laten zien wie Mallory écht is. Hoe ze me laat lachen, me kalmeert als ik pieker, en me stimuleert om een betere versie van mezelf te zijn. Ze is mijn partner, mijn anker en mijn toekomst. Toch voelde ik bij voorbaat dat de dag er één zou worden van blikken tussen de regels, van beleefdheden met scherpe randjes. En dat klopte.
Een vrouw die binnenkomt met licht
Mallory is niet iemand die je makkelijk over het hoofd ziet. Ze heeft een krachtige uitstraling die mensen doet opkijken. Lang, met brede schouders en prachtig platina blond haar dat glanst in het zonlicht. Haar stijl is eigenzinnig, en ze past niet in de standaardplaatjes die modetijdschriften voorschrijven. Maar daar hou ik juist van. Haar schoonheid zit niet in ‘passen in de norm’, maar in haar zelfverzekerdheid, haar warmte en de manier waarop ze iedereen om zich heen laat voelen dat ze gezien worden.
Ze is attent, gevoelig en opmerkzaam. Ze voelt aan wanneer ik ruimte nodig heb, wanneer ik overprikkeld ben of juist behoefte heb aan een grapje. Ze ziet dingen die anderen missen — kleine signalen, nuance, gevoel. En dat maakt haar voor mij zo bijzonder.
De spanning aan tafel
Toen we aankwamen bij mijn ouders, voelde ik het meteen: de spanning die tussen woorden in hing. Mijn moeder begroette Mallory met een glimlach, maar haar ogen waren afgemeten. Mijn vader knikte beleefd, maar vermeed verder oogcontact. We gingen aan tafel, het eten stond klaar, het gesprek kwam op gang. Maar alles voelde… gecontroleerd. Alsof we een toneelstuk opvoerden waarin iedereen zijn tekst uit het hoofd kende, maar niemand écht contact maakte.
Mallory bleef kalm, vriendelijk. Ze stelde vragen, vertelde over haar werk als ontwerper, over haar liefde voor schilderen en de plannen die we samen hadden voor de tuin. Maar de reacties van mijn ouders bleven kort. Geïnteresseerd op het oppervlak, maar zonder echte nieuwsgierigheid. Een dunne beleefdheid die voelde als een glazen wand tussen hen en haar.
Tussen de gangen door: oordeel in een fluistering
Toen Mallory even naar buiten liep om een telefoontje te plegen, boog mijn moeder zich naar me toe. Alsof ze al een tijdje op dit moment had gewacht.
“Ben je zeker van je keuze?” fluisterde ze. “Ze is wel erg… groot voor jou. Jij bent een tenger mannetje. Past dat wel?”
Mijn vader sloot zich erbij aan en begon over ‘evenwicht in een relatie’, en hoe belangrijk het is om iemand te kiezen die ‘aansluit bij je levensstijl en toekomstbeeld’. Ze zeiden het zacht, zonder woede. Maar de boodschap sneed.
Ze spraken niet met openheid of nieuwsgierigheid, maar met oordeel. Niet omdat ze Mallory niet aardig vonden — dat denk ik oprecht niet — maar omdat ze niet past in hun verwachtingspatroon. En dat raakte me dieper dan ik had gedacht.
Wat ze niet zien
Ik zei niets. Niet omdat ik geen woorden had, maar omdat ik op dat moment overspoeld werd door herinneringen aan alles wat Mallory voor mij betekent. Aan de briefjes in mijn jaszakken, haar zachte aanrakingen als ik pieker, haar oprechte belangstelling in mijn ideeën, dromen en twijfels. Aan haar geduld wanneer ik mezelf even kwijt ben. Aan haar vastberadenheid om samen een thuis te bouwen, hoe dat er ook uitziet.
Ze heeft mijn leven lichter gemaakt. Niet door grote daden, maar door er te zijn. Elke dag weer. En ik wist: dat is liefde. Echte liefde.
Twijfels en moed
Die avond, terug in ons eigen huis, lag ze naast me in bed. Haar ademhaling was rustig, haar gezicht ontspannen. Ik keek naar het plafond en hoorde de stemmen van mijn ouders nog in mijn hoofd. Maar daaronder klonk iets luider: de overtuiging dat ik geen bevestiging nodig heb van wie dan ook om te weten wat goed voelt.
De liefde die ik met Mallory heb, verdient geen verdediging. Ze verdient bescherming. Niet tegen mijn ouders, maar tegen de twijfel die ontstaat als je blijft zwijgen.
De kracht van kleine gebaren
De volgende ochtend werd ik wakker van de geur van pannenkoeken. Mallory stond in de keuken, haar grijze joggingbroek vol verfvlekken — herinneringen aan onze zelfgeschilderde woonkamer. “Trek je warme sokken aan,” zei ze, “het is fris vandaag.” Een simpel zinnetje. Maar het raakte me.
In die kleine gebaren zit de essentie van wie zij is. Zorgzaam, warm, met oog voor de ander. En toen besefte ik: zij is precies goed zoals ze is. Voor mij. En ik ben klaar om dat luidop te zeggen.
Mijn stem, mijn keuze
Binnenkort ga ik opnieuw het gesprek aan met mijn ouders. Niet om hen te overtuigen, maar om mijn eigen waarheid uit te spreken. Dat Mallory en ik samen een pad bewandelen. Dat hun zorgen mogen bestaan, maar dat ze mijn keuze niet hoeven te bepalen.
Want ik ben geen kind meer. Ik ben een man die weet wat hij wil. En wat ik wil, is een leven vol wederzijds respect, liefde zonder voorwaarden, en een thuis dat gebouwd is op echtheid — niet op maatstaven van anderen.
Wat ik geleerd heb
-
Ware liefde laat zich niet vangen in normen, maten of verwachtingen. Ze groeit vanuit echtheid.
-
Familie is belangrijk, maar je eigen geluk verdient ook een plek aan tafel.
-
Oordelen zeggen vaak meer over degene die ze uitspreekt dan over degene die ze betreffen.
-
Moed zit in het kiezen voor jezelf, ook als dat botst met wat vertrouwd is.
-
Liefde gaat niet over wat anderen zien, maar over wat jij voelt — in de stiltes, in de glimlach, in de kleine dingen.
Liefde vraagt niet om
perfectie. Ze vraagt om keuze. En ik kies voor haar — elke dag
opnieuw.
Laat me in de reacties weten: herken jij je in dit verhaal? Heb jij
ooit moeten kiezen tussen familieverwachtingen en je eigen
geluk?